Het idee hebben even niks te hoeven doen, dat je naar buiten kan lopen en naar het strand kan of lekker een stukje kan gaan lopen. Dit is iets waar ik van kan dromen. Even niks aan je hoofd hebben, gewoon kijken naar de dingen om je heen en het kind zijn die in je zit.
Toen ik jong was dacht ik niet na over alle dingen, kon ik uren in het zwembad of met barbies’s spelen zonder me te vervelen. En dan wordt je ouder, je moet nadenken over dingen als school, huiswerk, leren en ga zo maar door. Er wordt opeens meer van je verwacht dan dat je zelf had bedacht. Niet altijd in taken maar ook in gedrag. De jeugdigheid gaat er langzaam af, ik zou graag iets van die jeugdigheid terug willen. Ik heb wat van mijn jeugd ingeleverd door het pesten. Mijn hoofd zat niet bij het leuke dingen doen, wel kon ik me helemaal inleven in het spel. Even weg van de wereld, maar als ik één stap weer terugzette was dat voorbij.
In mijn school en stage ben ik meer het serieuze type, lekker doorwerken en je inzetten voor je taken. Als je thuiskomt en je moe bent, dan is de dag geslaagd. Natuurlijk is het wel fijn om eerder thuis te zijn dan dat je had verwacht, dan heb ik hard gewerkt. Pauzes daar hou ik me niet aan, daarin kan ik juist lekker werken. Ik neem wel pauzes wanneer ik dat wel, fysiek dan. Mentaal ben ik altijd aan het werk. Nadenken over wat ik kan doen tijdens een leerlingbegeleiding, ideeën opdoen voor een nieuwe blog of reflecteren op mijn handelen. Je kan niet niets denken, als dat mogelijk zou zijn dan was mijn leven anders geweest. Dan was ik nog niet zo ver met mijn verslagen of had ik misschien niet alle toetsen gehaald die ik nu wel heb gehaald. Het is niet altijd erg om na te denken maar het moet niet omslaan naar piekeren, helemaal niet in de nacht.
Hoe zie ik dan de wereld voor me wanneer ik niks hoef te doen? Zou ik dat wel kunnen? Waarschijnlijk niet. Ik wil graag het idee hebben dat ik wel iets doe. Een voorbeeld is dat ik op mijn vrije dag me zo kan richten op verslagen of opdrachten op stage, zelfs tot midden in de nacht. Als ik niks hoef te doen dan waren mijn blogs ook erg saai geworden. Dan praatte ik constant over hetzelfde, dat is ook niet heel erg leuk om te lezen toch? Vorig weekend verplichtte ik mezelf om een blog online te zetten, omdat ik dit met mezelf had afgesproken in mijn eerste blog. Ik wil bijblijven, up to date zijn van dingen maar waarom? Komt dit uit het pestverleden of is dit mijn karakter? Het kan ook zo zijn dat het pestverleden mijn karakter heeft aangetast. Als je weet dat andere mensen over jou praten wil je dat weten, ook als het negatief is. Er is zoveel achter mijn rug om gepraat dat ik er wel klaar mee ben. Ik wil niet alles horen maar mijn instinct zegt van wel.
Het is misschien heel verwarrend en filosofisch gepraat maar dat ik hoe ik denk. In mijn hoofd is het niet een netjes geordende plek maar loopt alles door elkaar. Ik maak de raarste associaties, zelfs ik lach er wel eens om. Marcos, mijn hond, is incontinent (hij is ook al 11 jaar oud en nog veel ouder in hondenjaren). Als ik leverworst zie liggen dan denk ik meteen aan de medicijnen die hij moet slikken. Dit is een voorbeeld die ik nu even kan bedenken, er zijn vast wel meer maar
daar kan ik niet op komen.
Een frisse wind, even nergens aan hoeven te denken. Een zorgeloos leven lijkt me heerlijk maar ik zou het niet mijn hele leven willen. Anderen willen dat misschien wel, maar ik zou er maar een beperkte tijd van kunnen genieten. Een vakantie lang, prima.